Schrijnende eenzaamheid




Noodkreet

De afgelopen dagen stonden de verpleeghuizen weer volop in de belangstelling. Belangrijke aanleiding hiervoor was een noodkreet van twee heren uit Den Haag. Een noodkreet over de zorgomstandigheden van de moeder van staatssecretaris van Rijn. Twitter, de kranten en allerlei andere media stonden onmiddellijk bol van de verontwaardigde reacties. 

Mijn moeder

Afgelopen najaar is er na een lang en verschrikkelijk dementieproces een eind gekomen aan het leven van mijn moeder. Ze heeft een aantal jaren onder wisselende omstandigheden in een verpleeghuis gewoond. We hebben als familie meerdere malen overwogen om haar daar weg te halen. Ik heb in het verpleeghuis dingen zien gebeuren die het daglicht niet verdragen. Gepruts van verpleging, onbegrijpelijke managementbeslissingen, onderbezetting, vervuiling en ga zo maar door. We hebben als familie ons best gedaan om deze omstandigheden te verbeteren en dat lukte soms wel en soms niet. Het proces van loslaten werd bemoeilijkt door het gebrek aan vertrouwen in de geleverde zorg. Tegelijkertijd werd mijn moeder te kwetsbaar om een verhuizing goed te doorstaan. Een spagaat dus. Ik schreef ongeveer anderhalf jaar geleden dit stukje na een bezoek aan mijn moeder:

Galmende lach

Na het passeren van een intercom en twee afgesloten deuren loop ik langzaam de woonkamer in. Een paar mensen zitten elkaar glazig aan te kijken rondom de eettafel. Het lawaai van radio en televisie vullen de ruimte. De mensen zijn stil. Aan de muur hangt een grote kalender met daarop de dag van gisteren. “Ah, daar ben je”, zegt een mevrouw die me verwachtingsvol aankijkt, “kom je nu eindelijk de boel regelen hier”? Zonder een antwoord af te wachten, draait ze zich om en staart weer naar de beker op tafel. Als ik schuin langs haar kijk, zie ik mijn moeder zitten. Ze heeft een vieze slab om en kijkt me vluchtig aan. Een holle blik. Een paar maanden geleden verscheen er een grote glimlach op haar gezicht als ik langs kwam. Ze heeft nu geen idee wie ik ben. Als ik naast haar ga zitten kijkt ze me vragend aan. Ze peutert wat ongemakkelijk aan haar shirt en zucht. Haar nagels zijn vies. “Mam, zullen we een sigaretje gaan roken”? Vraag ik. Ze knikt, staat op en loopt met haar rollator naar het terras. Haar been sleept. Dit najaar wordt ze 63. Ze lijkt wel 80. 

Als we buiten zitten laat ik haar wat foto’s zien van mijn dochtertje. “Wat een lief kindje, mompelt ze zacht, van wie is dat”? “Van mij mam, jouw kleindochter”. Ze maakt haar sigaret uit. Vergeten dat we samen aan het roken waren, staat ze abrupt op en loopt naar binnen. De vrouw naast mijn moeder veegt met haar voet door een plasje onder haar stoel. Vragend en onrustig kijkt ze me aan als ik weer binnenkom. Ik geef het door aan het personeel dat zit te roken. Verrassend vraagt mijn moeder of ik haar kamer wil zien. Ik knik instemmend en volg naar de slaapkamer. In haar kamer staat een grote en stoffige schildersezel. Een herinnering aan vervlogen talent. Met een zucht gaat ze op bed zitten en wijst naar de foto’s op de vensterbank. “Kijk, dit zijn mijn kinderen. Mooi zijn ze hé, allemaal goed terecht gekomen. De jongste, ja, daar hebben we wel een hoop mee te stellen gehad”. Vragend kijk ik opzij. Met een sierlijke beweging staat ze op, draait haar rollator de slaapkamer uit en loopt terug naar de woonkamer. Ik voel me verloren en leeg. Ik kijk nog een keer naar de foto’s en schiet vol. We zijn er als kinderen nog wel, maar ergens opgeslagen als een beeld. Een dwalende herinnering. In het echt bestaan we niet meer. Haar kamer is verworden tot een collage van herinneringen. Ik veeg mijn tranen weg en loop terug naar de woonkamer.

Naast mijn moeder zit een mevrouw slapend in haar stoel. Haar beker waar drinken in zat is in haar schoot gevallen. Een straaltje ranja loopt langs haar rok naar de grond. De huiskat likt wat van de grond. Mijn moeder is bij de televisie gaan zitten. Ze kijkt aandachtig naar een interview met de minister van volksgezondheid. Ik zet de radio uit. “We moeten besparen op de ouderenzorg”, zegt de minister, “mensen moeten hun zorgvragen meer vanuit eigen regie oplossen, met behulp van het eigen netwerk”. Ik kijk langs de onderuitgezakte vrouw naar buiten. Er staan een paar mannen in pakken te wijzen naar de binnentuin. Het management bespreekt de herinrichting. Af en toe bukt er een van het groepje om wat plantjes aan te raken. De verzorgenden die net nog in een groepje zaten te roken, hebben zich uit het zicht verplaatst naar een ruimte bij de computer. 

De minister met het lage decolleté vervolgt haar betoog op televisie: “De ouderenzorg wordt onbetaalbaar. Medewerkers in de zorg doen hun stinkende best, maar we moeten meer vanuit thuis gaan organiseren”. Zonder dat ik het merkte is er iemand op een stoel achter me komen zitten.
Haar schoen heeft een paar natte sporen achtergelaten vanaf de tafel. Ze haalt diep adem en er volgt een wanhopige en dwangmatige lach. Heel hard. Alsof het gericht is op de minister. Het lachen stopt niet meer. Mijn moeder slaapt in haar stoel. Ik geef haar een zoen op haar voorhoofd, werp nog een laatste blik op de minister die met een triomfantelijke blik een mooie zin produceert. Voor ik de kamer verlaat scheur ik gisteren van de kalender af. De wanhopige lach galmt door de gangen.

Exorbitante salarissen

We moeten de zorg anders organiseren. Dat vind ik ook. We moeten minder stomme regels bedenken. Dat vind ik ook. Die exorbitante salarissen voor bestuurders moeten verdwijnen. Dat vind ik ook. We moeten mensen op een waardige manier verzorgen. Dat vind ik ook. Maar iets anders trof me misschien wel het meest tijdens al die uren in het verpleeghuis de afgelopen jaren. Dat is de schrijnende eenzaamheid van oudere en jongere bewoners in de verpleeghuizen. Ik heb mensen weg zien kwijnen zonder familiebezoek of bezoek van vrienden uit vervlogen tijden. De verantwoordelijkheid daarvoor ligt niet primair bij de instellingen of de politiek. Die ligt bij ons. Als samenleving. Ga eens een uurtje een spelletje doen in een verpleeghuis of maak eens een wandeling met een bewoner. Sla eens een aflevering van 'heel Holland bakt' over en bak een taart met de mensen van het verpleeghuis om de hoek. Laten we daarna weer collectief verontwaardigd zijn over hoe we als samenleving met mensen omgaan. Goed?

Reacties

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Start With Stop

Schaduwmacht

Duidelijkheid